Klinisch onderzoek |
Vóór een klinisch onderzoek gebeurt een goede anamnese van de patiënt. Afhankelijk van de bevraging zullen er accenten gelegd worden bij het uitvoeren van het klinisch onderzoek.
|
|
Bloedonderzoek |
|
|
Urine- en stoelgangonderzoek |
Urine:
Stoelgang:
|
|
Electro- cardiogram |
|
|
Spirometrie | Geautomatiseerd gesloten ademcircuit ter bepaling van de longfunctie. Op de verkregen curve kan het volgende worden afgelezen:
Opvolging van luchtwegproblematiek. |
|
Ambulante bloeddrukmeting |
|
|
Gynaecologisch onderzoek | Opvolging van specifiek vrouwelijke problemen, voornamelijk:
Routine
Specifieke pathologie
|
|
Vaccinaties |
|
|
Kleine heelkunde | Meestal onder lokale verdoving:
|
|
Cryotherapie |
|
|
Voetongemakken | Nagelproblemen:
Kleine oppervlakkige huidletsels:
|